Met veel plezier ben ik ‘Het alternatief voor de zorg’ van Jos de Blok e.a. aan het lezen. Hoe gaaf om te lezen over mooie en waardevolle initiatieven in de zorg. Het zijn stuk voor stuk initiatieven waarbij het doel van de zorginstelling weer voorop staat op de werkvloer en de menselijke maat terug keert in de organisatievorm. Wat helemaal hoopgevend is is dat deze reorganisaties goedkopere zorg leveren en bovendien een hogere patiënttevredenheid en een hogere medewerkerstevredenheid. Drie keer winst! Dat wil toch iedereen?
En dus kijk ik op 9 mei jl. toch weer met verbazing naar de situatieschets van Radar over de marktwerking in de zorg. Daarin bevestigen verschillende mensen uit de zorg opnieuw hoe financiën in de afgelopen 10 jaar leidend zijn geworden boven kwaliteit van zorg. Tegelijkertijd wordt pijnlijk duidelijk dat daar nog steeds weinig verandering in lijkt te komen. Waar is de primaire doelstelling gebleven waarvoor zorgorganisaties ooit in het leven geroepen zijn? Waar is de autonomie gebleven van de professionals die ooit een opleiding afrondden om zelf te kunnen beslissen hoe ze een zorgvrager verder zouden kunnen helpen? En waar vinden we in dit financiële doolhof aanknopingspunten voor de positieve gezondheid zoals Machteld Hubert die omschrijft? De zorg is blijkbaar nog steeds gefocust om geld te verdienen met het streven naar de afwezigheid van ziekte. Een goed gesprek om door te kunnen met je leven met een aandoening of ziekte levert namelijk niets op in het huidige financieringssysteem. Dat wil zeggen geen geld. Dat een goed gesprek van grote waarde en betekenis kan zijn om door te kunnen met leven telt blijkbaar niet mee.
Dan kijk ik toch liever naar het verhaal van Buurtzorg. De hele organisatie is gebaseerd op de menselijke maat. Professionals werken met elkaar samen in teams die te overzien zijn. Iedereen kent elkaar en kent elkaars kwaliteiten en waardeert deze ook. Er mag verschil zijn tussen de professionals onderling. Ze weten elkaar te vinden via de digitale middelen die beschikbaar zijn. Daarmee zijn ze in staat om van en met elkaar te leren. Het zijn lerende en zelfsturende teams. Niet omdat het hip is, maar omdat er een visie aan ten grondslag ligt die volledig is doorgevoerd in de hele organisatie. Professionals zijn gefaciliteerd en krijgen verantwoordelijkheid. En dus gaan ze slimme en handige oplossingen bedenken voor de dagelijkse dingen die ze in hun werk tegen komen. Daardoor gaan ze efficiënter werken. Het zijn niet voor niets professionals.
De zorgvrager en zijn familie staan bij Buurtzorg weer centraal. Er wordt weer naar hen geluisterd. Wanneer je als professional de ruimte krijgt om je eigen tijd in te delen heb je aandacht voor de mens achter de aandoening. Een andere zorgvrager vindt het dan geen probleem om te wachten. Hij weet immers dat wanneer hij extra aandacht vraagt hij die ook krijgt. Zo werkt dat ook bij mijn huisarts. Als ik een afspraak maak, weet ik zeker dat ik en een half uur tot een uur extra voor uit kan trekken. Hij loopt altijd uit. En toch is er niemand die daarover klaagt. Je weet dat hij jou ook de tijd en aandacht geeft die je nodig hebt. Sterker nog: De meeste zorgvragers willen het liefst een afspraak met hem.
Door de tijd te nemen kun je een zorgvrager prikkelen om zelf na te denken over hoe hij dingen zelf op kan lossen. Wanneer je niet met een vooraf bedacht plan binnen komt ontstaat er ruimte voor eigen verantwoordelijkheid en regie. Daar waar professionals initiatief nemen ontstaat passief volgen en gaat een zorgvrager automatisch in de afhankelijke modus. Dat kun je een zorgvrager niet kwalijk nemen. Breng maar eens een paar dagen in het ziekenhuis of verpleeghuis. Dan weet je hoe moeilijk het is om zelf de regie te blijven voeren. Alles wat je nog wel kunt wordt je uit handen genomen. Dan stop je vanzelf met nadenken.
Zo coachte ik onlangs een revalidatie team op de werkvloer. Eén van de grootste thema’s was eigenaarschap. Wat doe je wel en wat juist niet om de zorgvrager (revalidant) zelf in actie te laten komen en zelf initiatief te laten nemen? Eén van de revalidanten zei na afloop letterlijk: ‘Ik word zoveel alerter van jouw aanpak’. Het verschil tussen zorgen voor en zorgen dat.
En ja, als een zorgvrager zelf keuzes gaat maken zullen de dingen naar alle waarschijnlijkheid anders lopen dan dat je zelf als professional zou kiezen. Je zult je eigen ideeën en normen thuis moeten laten. Dat vraagt om flexibiliteit van zowel jou als van je organisatie. Het vraagt om een menselijke maat. Feit is wel dat de zorgvrager dan zijn eigen oplossingen gaat zoeken voor de problemen die hij ervaart. De oplossingen die hij vindt passen per definitie bij hem. In sommige gevallen zal de zorgvrager daarvoor eerst een of meerdere keren zijn neus moeten stoten om erachter te komen dat zijn aanpak niet werkt of nog niet lukt. Is dat erg? Volgens mij niet. Mensen leren nog steeds het meest van hun eigen fouten. Het enige dat je als professional dus hoeft te doen is de zorgvrager ruimte geven voor eigen inbreng en initiatief. Geef een zorgvrager de ruimte om te leren en zijn eigen oplossingen te vinden. Leer hem weer zelf nadenken, verantwoordelijkheid nemen en regie voeren. Niet om hem van zijn ziekte af te helpen, maar om door te kunnen met zijn leven. Uiteindelijk gaat dat tijd en geld opleveren en vooral een heleboel positieve gezondheid.
Inge Vuijk
Auteur Revalideren is leren en oprichter Rehab Academy